Koelinstallaties bij winkels en bedrijven

Bij de foto: Rechtstreekse geluidsafstraling naar woningen. Het dak kan mee resoneren door te weinig massa.

Koelinstallaties kunnen een bron van overlast zijn, omdat deze continu moeten werken.
Koelinstallaties bij winkels en bedrijven moeten van af 1 januari 2024 voldoen aan de eisen van de Omgevingswet (voor 1 januari 2024 aan het Activiteitenbesluit). 

Om onnodig geluid voor de omgeving te voorkomen moeten koelinstallaties In de eerste plaats regelmatig worden onderhouden door een koelinstallateur. Rammelende en piepende installaties veroorzaken overlast, die bij regelmatig en deskundig onderhoud niet zullen optreden.
Buiten opgestelde koelinstallaties, in de nabijheid van woningen, moeten meestal in een geluiddempende omkasting worden geplaatst.
Lucht toevoer- en luchtafvoer openingen worden dan voorzien van speciale geluiddempende roosters of coulissendempers. 
Er moeten altijd voldoende koelopeningen aanwezig zijn. Koelopeningen zijn echter weer geluidslekken. Geluidslekken vragen om geluiddemping en deze vergroten weer de luchtweerstand. Daarom kan weer een extra ventilator noodzakelijk zijn, die weer extra geluid maakt.
Kortom: Een goed ontwerp van een omkasting is onontbeerlijk voor voldoende koeling en een goede geluiddemping.

Alvorens het zinvol is om een geluiddempende omkasting aan te brengen moeten installaties eerst door een (STEK gecertificeerde) koelinstallateur worden nagekeken.
Overigens mogen installaties met koelmiddelen uitsluitend door een STEK erkend koelinstallateur worden onderhouden. Zie hiervoor de Stekcheck.
  • Gillende en piepende ventilatoren moeten worden gerepareerd.
  • Het mee resoneren van omkastingen en ventilatieroosters moet worden verholpen.
  • Koelinstallaties moeten zijn opgesteld op trillingsdempers en geheel vrij staan van de omliggende (bouw)constructies.
  • Als een koelinstallatie op een houten constructie (dak) staat, dan veroorzaakt dit gegarandeerd geluidsoverlast door het resoneren van het dak.  Om dit te voorkomen moet de installatie worden geplaatst op stalen veren op een zware ondergrond. Bij kleinere koelinstallaties voldoet het vaak om onder iedere stelen veer een dubbele laag betontegels van 60x60x6 cm te plaatsen. De betontegels moeten wel op de draagbalken worden geplaatst. Dit geeft de minste resonantie. Als de aftand tussen de draagbalken te groot is kan dit worden opgelost met een stalen frame. 
  • Om te voorkomen dat een (bouw) constructie de trillingen doorgeeft, mogen koelleidingen alleen met speciale trillingdempende beugels aan de (bouw)constructie worden bevestigd.
  • Ook leidingen die door (bouw)constructies worden gevoerd, moeten geheel vrij liggen. Dit kan worden gerealiseerd door de leidingen in de doorvoer te bekleden met bijvoorbeeld mineraalwol isolatieschalen.
  • De koelinstallateur dient te berekenen of compensatoren noodzakelijk zijn om de thermische lengteverandering van de leidingen op te kunnen vangen.
De ervaring heeft ons geleerd dat als vorenstaande maatregelen in acht worden genomen, de geluidsoverlast door kleine koelinstallaties vaak is verholpen. 

Een door een klusjesman gemaakte geluiddempende omkasting kost uiteindelijk veel meer geld dan gedacht en voldoen meestal niet aan de verwachtingen.
Bij kleine koelinstallaties kan een (STEK gecertificeerde) koelinstallateur u hier in adviseren.



Om trillinghinder bij plaatsing op een betonconstructie tegen te gaan kunt u uw koelunit of airco installatie monteren op trillingdempende montage balken. 
Let wel op de maximale belasting van de montagebalken. Deze kunnen per type balk verschillen.
Bij plaatsing op houten daken moet het dak verzwaard worden. (Zie artikel hiervoor). 

Warmtepompen /airco's en Bouwbesluit

De verkoop van airco’s en andere koelingssystemen is de laatste jaren omhoog geschoten.

Een airco maakt echter geluid wanneer het een ruimte koelt. Als je een split unit airco neemt, dat is een vaste airco die bestaat uit een binnen- en buitengedeelte, dan produceert het buitengedeelte ook geluid voor de omgeving.

In het Bouwbesluit 2012 (Staatsblad 2020, nr. 189) worden geluideisen gesteld aan buiten opgestelde installaties voor warmte- of koudeopwekking . Het gaat hierbij om nieuw te plaatsen of vervangen van warmtepompen en airco’s voor woningen en woongebouwen.
De eisen zijn in werking getreden op 1 april 2021 (Staatsblad 2021, nr 12). 

Vanaf januari 2024 wordt het Bouwbesluit vervangen door het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl).

volgens het Bouwbesluit 2012 mag een installatie voor warmte- of koudeopwekking, die is opgesteld buiten de uitwendige scheidingsconstructie van een bouwwerk, op de perceelgrens met een perceel voor een andere woonfunctie een geluidsniveau veroorzaken van ten hoogste 40 dB, 

In de Regeling Bouwbesluit 2012 is opgenomen hoe het geluidniveau van de installaties bepaald moet
worden.

Een bouwer is verplicht vooraf een akoestisch onderzoek uit te voeren om te bepalen wat de invloed is van het pand op de omgeving. Dit geldt ook bij het plaatsen van een warmtepomp.

De wettelijke bepalingsmethode is een meting op locatie, zoals gebruikelijk is bij geluidseisen in de bouw- en milieuregelgeving.
Dat de wettelijke bepalingsmethode een meetmethode op locatie is, betekent echter niet dat bij buiten opgestelde installaties daadwerkelijk moet worden gemeten.
In de praktijk kan namelijk op basis van akoestische berekeningen vaak aannemelijk worden gemaakt dat voldaan zal worden aan de geluideis.

Door het ministerie van BZK is daarom een rekentool uitgegeven, die overeenkomstig deze handleiding is opgezet.
Daarbij wordt de geluidsoverdracht vereenvoudigd berekend en is toepasbaar voor meerdere standaardsituaties zoals in de rekentool is beschreven. 

Het gaat hierbij steeds om rechthoekige percelen en gebouwen. Bij andere vormen van percelen en gebouwen is de rekentool niet zonder meer bruikbaar.
Bij appartementen is de positie van de buitenunit in de rekentool altijd tegen de gevel of op het dak of op de vloer van een balkon.
Appartementen met grote balkons (terrasflats) waarbij de buitenunits niet tegen de gevel staan, kunnen ook niet worden berekend met de rekentool

Als de situatie afwijkt van de in de rekentool genoemde standaardsituaties,  moet voor de berekeningen gebruik worden gemaakt van een algemeen rekenmodel overeenkomstig de Omgevingsregeling (voorheen Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai (HMRI).

HGI kan het geluid van uw warmtepomp meten of vooraf berekenen. Bel eens met Lodewijk Koenraads,
telefoon 06-53 95 04 09.

foto: Sandra Hemen   www.woondecoratiesandra.nl

Een geluidsniveau van 40 dB is vaak aanvaardbaar. Maar op de vorenstaande foto staan 12 warmtepompen/airco’s.
Als die van 12 huishoudens zijn, dan is het geluidsniveau 40 +10*log 12 = 51 dB en dat zijn slapeloze nachten.

Share by: